Hier is een concreet ontwerp uitgewerkt voor de middenloop. Hierbij is ingezoomd op het esdorp Dwingeloo. Dit bevindt zich nabij bet beekdal van de oude vaart en is een locatie die veel erfgoed bezit.

 

Uit historische kaarten is gebleken dat er op de plaats van het nieuwe broekbossen zich vroeger ook broekbossen hebben bevonden. Door de aanleg van vlonderpaden langs cultuur en landschap wordt de omgeving tastbaarder voor de recreant.

 

De natuur ondervindt verbetering door aanleg van vispassages en door het hermeanderen van de beek. Hierdoor wordt de natuurlijke beekstructuur terug gebracht in het landschap. Het ontwikkelingsgebied wordt verbonden met het Dwingelderzand door de herintroductie van houtwallen in het gebied alsmede de aanplant van nieuwe loofbossen.

 

De rietvelden die worden ontwikkeld hebben meerdere functies; natuur en landbouw bevorderen alsmede wateroverlast tegen gaan. Langs de beek zijn verschillende plekken waar het van nature al vrij laag in het landschap ligt. Deze percelen zullen vaak kampen met wateroverlast. Om die reden zijn deze percelen omgezet naar broekbossen. Het overtollige water uit de omgeving kan hier opgeslagen worden.

 

Het ommetje zal langs de ruïne van Batinge gaan. Dit is in Dwingeloo een stuk erfgoed wat een beetje verstopt ligt. Dit gaat goed samen met de cultuurhistorische elementen die geherintroduceerd worden. Daarom zorgt de wandelroute voor de verbinding tussen wat er vroeger was, wat er behouden is en wat er terug gebracht wordt. De grijze pijlen geven de zichtlijnen vanuit de ruïne weer, zodat de recreant die daar begint met het ommetje, in deze richtingen uitzicht over het gebied en de veranderingen die plaatsvinden.